De dierenwereld kan je helpen om met nieuwe ogen jezelf te zien: het dier als spiegel voor je eigen kwaliteiten en valkuilen.
Indianen gebruiken de dieren als totems. Ze trekken lessen uit de ontmoeting met een dier. Elk dier heeft bepaalde kwaliteiten, als je een dier tegenkomt kan je die eigenschappen op jezelf betrekken. Wat zeggen die mieren in je broodtrommel je, die buizerd die vlak voor je opvloog, wat kwamen ze je leren?
Zeg het in dierentaal
Kinderen vinden het vaak moeilijk om hun eigen gedrag te beschrijven, met diereneigenschappen praat het makkelijker: zeg het in dierentaal
Kinderen willen graag leren van dieren. Nu kom je niet elke dag dieren in te tram tegen, dus we moeten ons behelpen met kaarten. Je kunt ze zelf maken van foto’s of tekeningen, en er zijn mooie kaarten in de handel: de medicijnkaarten. De kwaliteiten van het dier kun je zien als medicijn voor de mens. De kaart beschrijft het dier en zijn kwaliteiten en lessen.
Laat ieder kind een kaart trekken en bespreek wat de kinderen van het dier weten. Vraag dan: “Herken je iets van jezelf in dit dier? Wat wel en wat niet? Is er iets wat het dier jou kan leren?”
Error thrown
Call to undefined function ereg()