“Wat gaan we doen, fietsen of zwemmen?”
“Nee-ee, ‘k heb geen zin in zwemmen. Fietsen trouwens ook niet.”
“Waar heb je wel zin in?”
“K wee nie..”
Herkenbaar?
Zes weken vakantie, waarvan twee weken op stap. Blijven er vier over.
Hoe houd je het gezellig voor alle partijen?
In gesprek met ouders van kinderen tussen de 10 en 14 jaar kom ik deze vraag regelmatig tegen. Wat te doen tijdens de vakantie? Hoe houd je je kinderen weg van uren computeren of tv kijken? Waar ligt de balans tussen samen iets ondernemen en ieder voor zich?
Het werkt in ieder geval niet om als ouder ideeën te blijven aandragen waar niet, of nauwelijks, respons op komt. Dat kost je zelf bakken vol energie en de sfeer gaat er veelal niet op vooruit. Maar hoe bereik je die balans wél?
Neem de rust om te luisteren
Misschien, door ‘pas’ in gesprek te gaan op het moment dat je de rust in jezelf ervaart en wezenlijk nieuwsgierig bent naar de ideeën, gedachten en wensen van het kind.
Misschien, door niet voor de ander in te vullen, iets af te raden, te bagatelliseren of te veroordelen. (“Zo erg is het toch niet om te fietsen?” “Je kunt vandaag best wel even…” “Denk je ook niet dat het leuk is om…?”)
Misschien wel door,
heel gewoon,
er voor te gaan zitten
en
te willen horen
wat jouw kind nodig heeft
voor
‘de meest geweldige vakantiedag’
Door,
pas dan met je eigen ideeën te komen als het kind ze horen wil.
Door,
heel gewoon,
te checken
“wil je weten
wat mijn ideeën zijn
over de meest geweldige vakantiedag?”
En als het antwoord ‘nee’ is,
“nee, dat wil ik niet weten”,
besef dan dat het kind mogelijk ‘nee’ zegt tegen dat moment:
“Misschien wil ik het morgen horen,” zei onze 10-jarige zoon ooit eens tegen mij.
“Nu heb ik er geen zin in.”
Maar het was al niet meer nodig.
Door te luisteren naar zijn ‘meest geweldige vakantiedag’
wás het op dát moment
het meest geweldige vakantiedagmoment.
Via Dialoog wenst ouder én kind een heel geweldige vakantie!